Maandelijks archief: maart 2014

Mijn Duiding

VerkiezingenDaar stonden we in het gemeentehuis, te kijken hoe het CDA een absolute meerderheid ging halen. 12 zetels werd doorgegeven en het werd flink warmer in de zaal. Wat gebeurde hier? Noord-Korea aan De Rips, zei ik al. Die vreemde situatie (want dat zou het zijn) kwam in de einduitslag niet meer terug -het bleek een foutje te zijn geweest-, maar de tendens was duidelijk: CDA wint fors, Lokale Realisten verliezen fors. De duidingen buitelden over elkaar heen, en ik doe daar graag aan mee. De uitslag was logisch en verwacht.

Het ís niet de inhoud

Ik sprak een vertegenwoordiger van de Dorpspartij en die kon er niet over uit. Het ging volgens hem goed fout met de landbouw als we zo door gingen, dan moet je niet op het CDA stemmen. Hij ziet alleen niet dat het daar helemaal niet over ging deze keer. Volgens mij niet althans. Het ging om houding, om hoe je met elkaar omgaat. Het college dat er nu nog zit is in mijn ogen veel te lang blijven hangen in de jaren van rancune, de jaren van terugkijken en terugslaan. Met de beste bedoeling om het beter te doen, maar de mensen houden daar niet van. Je mag best even afreageren op de oude heersers, maar dan moet je aan de slag. Vooruit. Het laatste jaar kwam dat wat meer uit de verf, maar in de campagne trof ik het spook van de negativiteit in een paar advertenties en debatten toch weer aan. En negativiteit is uit.

Vernieuwd

Wat zette het CDA, de grote uitdager van de Realisten, daar tegenover? Een vernieuwde lijst, met een nieuwe lijsttrekker. Net op tijd, of precies op tijd, het is maar hoe je het ziet. Met een boodschap van vooruit kijken, actie, en kansen. Wat dat inhoudelijk waard is zal gaan blijken en ze zullen het moeten waarmaken, maar uit oogpunt van verkiezingsstrategie welhaast briljant. Zo zie je maar: vier jaar geleden zat het CDA in de campagnetijd in het verdomhoekje (ik herinner me nog hun donkergrijze foto’s op de borden versus de gelikte folders en glanzende spandoeken van de Realisten), nu is het stuivertje wisselen.

En door

Bezuinigingen, OZB, het speelt ongetwijfeld allemaal mee. En als coalitie verlies je dan zeteltjes, daar kun je van uit gaan. Maar déze verschillen zijn volgens mij door niets anders dan stijl en houding te verklaren. Dus: nu we alles wel een keer geprobeerd hebben, lijkt het me erg zinvol als het vooruit kijken gemeengoed wordt in onze gemeenteraad. Daar waren ze al meer mee bezig de laatste tijd, en waarom zou je daar niet gewoon mee doorgaan? Welke coalitie er ook komt. Ik vind dat we wel klaar zijn met het verleden.

En door.

“Minder regels!”

VerkiezingenHet schalde gisteravond door De Eendracht, bij het op zichzelf prima verkiezingsdebat van het Economisch Platform Gemert-Bakel: “Ondernemers zijn gediend met minder regels, en minder bureaucratie”. De volgende dag lees je het artikel van Rob Wijnberg in De Correspondent en weet je weer meteen dat dat wel loze praat móet zijn. Het zit namelijk niet meer in ons systeem om dingen los te laten, we zijn te ver heen in het willen controleren van alles.

Uitzonderingen bevestigen de regel

Elke regel in ons land is ooit bedacht, en veel ervan zijn ooit bedacht om een uitzondering tegen te houden. Een muur van 2,5 meter? Dat kan niet! Regel: een muur mag maximaal 2 meter hoog zijn. Zo zijn er duizenden regels gemaakt, van bouwen tot uitkeringen, van belastingen tot zorg. En je kunt wel regels schrappen, maar geheid staat er niet lang daarna iemand op de stoep die juist daardoor nu negatief geraakt wordt. Conclusie: zo kan de regel niet bedoeld zijn, en hup: hij is weer terug, of er komt een andere voor in de plaats. Het bouwwerk wat we op al die uitzonderingen gebouwd hebben is niet meer te overzien en erger nog: naar mijn mening ook niet meer te veranderen. Het is te laat.

Voorbeeld

Gisteren kwam tijdens het debat ter sprake de verruimde regelgeving voor het houden van feesten en partijen in sportkantines en MFA’s. De nieuwe regel: maximaal 12 keer per jaar mag een niet-verenigingsgerelateerd feest worden georganiseerd. De plaatselijke horeca op zijn kop: die ondervinden oneerlijke concurrentie en zien hun omzet dalen. Sommige partijen toonden zich fel tegenstander van deze regel, degene die hem gesteund heeft eindigde het debat met de woorden: daar moeten we misschien nog eens naar kijken. Tsja, en nu? Rapapa, hier komt een nieuwe uitzonderingsregel aan, of het wordt alsnog teruggedraaid. Maar wat mag er dan nog wél in de MFA’s? Het is triest, maar zo komen we er dus niet uit met zijn allen. We draaien geregeld dergelijke rondjes.

Debat

Ondertussen scherpt mijn beeld zich op wie ik ga stemmen, mede door het debat. De een praat een potje onsamenhangend van heb-ik-jou-daar, de ander schermt met onjuiste feiten. Tsja, dan val je af bij mij. De volgende lijkt me ietwat bozig van nature, en weer een ander spreidt bij een bepaald onderwerp zelfs een ongezonde hekel ten toon. Scoort allemaal geen punten. Maar er waren er -laten we zeggen- twee, heel misschien drie maar dat is meer de wens en de vader en de gedachte, die goed uit hun woorden kwamen, zinnige dingen zeiden en goed lieten zien hoe we met elkaar om zouden moeten gaan in deze gemeente.

Ik weet het bijna.

Mijn Stem

Verkiezingen

En ineens drong het tot me door. Dit worden sinds 1998 de eerste gemeenteraadsverkiezingen waarbij ik geen ambtenaar ben. Een heel verschil, kan ik u zeggen. Ik vond dat altijd mooie, soms verbijsterende maar ook zeker spannende tijden. Wie worden de nieuwe bazen? De ene periode is de andere niet, dat kan ik u wel vertellen. We waren er in het gemeentehuis dan ook altijd behoorlijk mee bezig. Ook lang niet iedereen trouwens, maar ik in ieder geval wel.

Ik had natuurlijk altijd wel een soort slot op mijn mond naar buiten toe, want als ambtenaar moet je hierin voorzichtigheid betrachten. Nu ben ik vrijer, al is dat ook betrekkelijk want voor diverse opdrachtgevers is het wel degelijk van belang hoe het Gemert-Bakelse gemeentebestuur eruit gaat zien. Ik kan dus nog steeds niet te hard dingen gaan roepen, vind ik zelf. Noem het laf, noem het pragmatisch, het is zo.

Stilte

Of het komt doordat ik nu op afstand sta of niet, maar het beklijft tot op heden allemaal niet zo, die campagnes. Het ontbreekt aan grote polemieken in de krant, en aan discussies in het café. Misschien komt dat nog in een groot slotoffensief de komende anderhalve week (ik hoop het), maar het is wat lauw. Anders dan vier jaar geleden. En ik moet toch mijn voorkeur stilaan gaan vormen. Dat is bij mij namelijk nooit een automatisme.

Standpunten

Op basis waarvan kies je? Standpunten natuurlijk! Yeah, right. Ik stem op de partij die staat voor een mooie gemeente waar het goed wonen en werken is, die de lokale economie, werkgelegenheid en toerisme wil stimuleren, die streeft naar een duurzame landbouw voor gezonde mensen en dieren en die kleinschalige betaalbare zorg wil dicht bij de burger. Maar hé: dat zijn alle partijen! Daar kom ik dus niet veel verder mee.

Stijl

Dus wordt mijn stem in de gemeentepolitiek meestal bepaald door kwaliteiten van personen en hun stijl van debatteren en discussiëren. Als dat een beetje intelligent gebeurt, scoor je bij mij al pluspunten. Maar ook het mensbeeld, wat misschien een groot woord is voor de gemeentepolitiek, speelt mee. Hoe kijken de politici aan tegen initiatieven uit de samenleving, tegen hun mensen? Stimuleren ze of breken ze plannen in de knop? Het komt er eigenlijk op neer: ik stem gewoon op een goede, verstandige kerel of vrouw.  Dan weet u dat.

Oh, en nooit op de grote machtsblokken. In het kader van de balans. Dat is er gewoon met de paplepel ingeslagen.